Saturday, September 29, 2007

Stuiptrekkingen van regime-Mugabe


Terwijl de Zimbabwaanse president Robert Mugabe in New York de degens kruiste met zijn Amerikaanse ambtgenoot George Bush, heeft het parlement in Zimbabwe deze week een wetsvoorstel aangenomen waarin 'blanke' en buitenlandse bedrijven gedwongen kunnen worden 51 procent van hun aandelen te verkopen aan de Zimbabwaanse bevolking. Een nieuwe stap in een poging verdere politieke controle over het land te krijgen.

Eddie Cross, een blanke Zimbabwaan in de top van de oppositiepartij, is niet verbaasd over de jongste stap van het regime in Zimbabwe. De 'ontmanteling' van buitenlandse bedrijven volgt min of meer logischerwijs op eerdere gebeurtenissen, zoals de bezetting van boerderijen en de vernieling van een aantal townships in 2005. ,,Het zijn stuk voor stuk politieke maatregelen die het land en de economie kapotmaken. Als deze wet erdoor komt, zullen buitenlandse bedrijven zich uit Zimbabwe terugtrekken: banken als Barclays en Standard Bank en bedrijven als Mobiel en Levis, cement- en grote mijnbedrijven.''

De oppositiepartij MDC ziet de stap als een laatste stuiptrekking van een partij en een president die weet dat zijn einde in zicht is. ,,Waar wij ons op dit moment het meest zorgen over maken, is hoeveel schade ze het land nog verder kunnen berokkenen. Want straks moeten wij werken aan de wederopbouw.''

Voorafgaand aan de stemming over het initiatiefwetsvoorstel vond er een verhit debat plaats tussen regeringspartij ZANU-PF en leden van de oppositiepartij MDC. Waar ZANU het voorstel verdedigde als ,,de volgende stap in het ontmantelen van koloniale structuren'', hamerde de MDC erop dat een dergelijke wet onnodig en contraproductief is. Maar de oppositie, veruit in de minderheid, vond weinig gehoor en verliet voor de stemming uit protest de zaal.

De consequenties zullen enorm zijn, zegt Cross. ,,Denk niet alleen aan al die mensen die zonder werk komen te zitten, maar ook het verlies aan kennis en kapitaal. Buitenlandse bedrijven zullen niet meer in Zimbabwe investeren. We worden een gesloten land met een kleine economie.'' Het zal volgens hem de economische neerwaartse spiraal waar Zimbabwe al een tijd in zit, alleen maar versnellen en versterken.
Lees verder: http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=100686

Tuesday, September 25, 2007

Transformatie in Nigeria langzaam maar zeker


Rebellen van de Movement for the Emancipation of the Niger Delta in Nigeria hebben een nieuw kidnap- en geweldsoffensief aangekondigd nadat een van hun leiders Henry Okah in Angola is opgepakt. Okah, die mogelijk ook de alias Jomo Gbomo gebruikte, wordt verdacht van wapenhandel en witwassen van geld. Ondertussen heeft Nigeria’s nieuwe president Yar’Adua aangekondigd onderzoek in te stellen naar vermeende contacten tussen ambtenaren en rebellengroeperingen.

Nigeria’s Nigerdelta is een gebied waar enorme hoeveelheden olie wordt gewonnen door buitenlandse maatschappijen zoals Shell. Dat gebeurt in ‘joint ventures’ met de Nigeriaanse overheid. Maar zo onzichtbaar als de olie hun huisjes passeert, zo onzichtbaar blijven de inkomsten van oliewinning voor de lokale bevolking. Behalve de grote pijpen in hun achtertuin, zijn de dode vissen in hun rivieren het enige wat ze terugzien van al deze economische activiteiten. Het geld verdwijnt linea-recta in de zakken van zakenlieden en ambtenaren.
Geen wonder dus dat de Delta-bewoners aandacht vragen voor het onrecht dat hen wordt aangedaan. Op zoek naar middelen om hun protest kracht bij te zetten, bleek het kidnappen van (buitenlandse) werknemers een van de meest succesvolle te zijn. Een emotioneel pressiemiddel dat bovendien snelle ‘inkomsten’ garandeert. Aandacht-vragen voor onrecht is zo helaas verworden tot corrupte manipulatie.

Maar Anthonia Ekpa begrijpt het wel. Deze 45-jarige Nigeriaanse heeft een top-positie binnen de Nigeriaanse regering. Ze is verantwoordelijk voor de communicatie in het transformatie-proces dat de overheid de afgelopen jaren is gestart. Mede onder druk van westerse instanties als de Wereldbank en IMF is begonnen met het aanpakken van urgente zaken als corruptie en het oplossen van de regionale spanningen zoals in de Nigerdelta.

Anthonia is hoopvol over een oplossing. “De overheid is al onder de leiding van de voormalige president Olesegun Abasanjo begonnen met investeren in het gebied. Bijvoorbeeld in onderwijs. Dat is zo ontzettend belangrijk.” Ze spreekt uit ervaring want ze is zelf afkomstig uit een van de olie-rijke maar genegeerde gebieden en weet hoe de bevolking achterblijft en lijdt onder het economisch onrecht en de corruptie. En is zelf een van de voorbeelden van wat goed onderwijs kan bewerkstelligen. Zo was ze werkzaam als universitair docente, en is nu full time directeur van de overheidsinstelling waaraan ze verbonden is.
Werkdagen van 10 uur zijn normaal voor haar, en dat voor een salaris dat vijf maal lager ligt dan dat van een universitair docent. Bovendien had ze een leuke baan in Engeland kunnen hebben. Als ik haar vraag "Waarom doe je dit?" moet ze lachen. Dat is voor haar geen vraag. “Ik moet dit doen. Mijn land heeft mij nodig.”

En zo reist ze van staat naar staat, en spreekt met topambtenaren over de noodzaak van goed bestuur en transparantie. Ze laat hen de kale feiten zien van wat corruptie doet met een land en zijn mensen. Ze geeft cijfers en vergelijkt met andere staten en landen in Afrika. Ze vertelt hoe ‘mogelijkheden voor mensen om zich te ontwikkelen’ sinds een paar jaar officieel door de Verenigde Naties als mensenrecht wordt gezien. De ambtenaren luisteren, zegt Anthonia. En af en toe ziet ze hoe er bij iemand een licht aangaat. Maar, zegt ook zij, aan het einde van ons gesprek: Echte transformatie kan alleen maar als mensen van binnen veranderen.

Tuesday, September 18, 2007

Helden




Vandaag ben ik op stap met een Mauretaanse Zuid-Afrikaan, of Zuidafrikaanse Mauretaan? Hoe het ook zij, Pierre (zo heet hij) woont al 30 jaar in Zuid-Afrika, en is bovendien een afgestudeerd 'gids', en dus ik kan hem gerust als autoriteit beschouwen als het gaat om kennis van dit land. Dat is dan ook de reden waarom we nu samen in de auto zitten. Want als het gaat om inburgeren, volg ik deze weken een spoedcursus. En Pierre is mijn volgende docent.
Terwijl we over de snelweg razen, zie ik in de verte een heuvel met vlaggenmasten en een nieuwe weg die ernaar toe leidt. Het blijkt het jongste monument in Pretoria te zijn; de administratieve hoofdstad van Zuid-Afrika die toch al geen gebrek heeft aan gedenktekens, museumhuizen en historische gebouwen. We hadden immers net de Union Buildings achter ons gelaten, en waren via Church Square met onder meer zijn Raadsaal wat ooit het eerste parlement van de Republiek van Zuid Afrika huisvestte, en het Paleis van Justitie waar Nelson Mandela terecht stond, nu op weg naar het Voortrekkermonument.

Het is eigenlijk vragen naar de bekende weg, maar ik doe het toch: “Dit nieuwe monument, dat is zeker gebouwd ter herinnering aan de helden van de struggle?” Want naast Nelson Mandela en Steve Biko, kende de strijd tegen apartheid heel veel helden en Zuid Afrika grijpt iedere gelegenheid aan om hen voor het voetlicht te brengen. Of het nu door het veranderen van straatnamen gebeurt, of in speeches bij allerlei gelegenheden. Zonder deze helden zou de Zuidafrikaanse samenleving niet zijn wat het nu is. Alle reden dus om hen niet te vergeten.

En daar zal niemand iets tegenin brengen. Want de grote meerderheid van zwart, blank en gekleurd Zuid Afrika is het er over eens dat apartheid en waar het voor stond, op geen enkele manier geaccepteerd en/of verdedigd kan worden. In hun afwijzing ervan zijn ze het meer dan eens. En dus ook in hun respect voor de al-dan-niet-gevallen helden.

Jammer dus eigenlijk dat de 43 miljoen Zuidafrikanen (nog) niet in staat zijn om dat gezamenlijk een symbolisch gezicht te geven. Want als de geschiedenis van deze relatief jonge natie iets laat zien, is het wel dat in de afgelopen 400 jaar iedere bevolkingsgroep op gezette tijden zo zijn eigen ‘struggle’ had. De Hottentotten en Koi-San in de Kaap toen de Hollanders en Britten voet aan wal zetten. De voortrekkers (de Boeren) tegen de eigen Hollandse regering en later ook de Britten en de Zoeloes. De Zoeloes op hun beurt tegen de Boeren en de Britten. En de Britten uiteindelijk weer tegen de Zoeloes en de Boeren.

Dus, wat ligt er meer voor de hand dan dit te gedenken in een gezamenlijk gedenkteken? Een symbool van wat het iedere bevolkingsgroep heeft gekost om het nieuwe Zuid Afrika vorm te geven? Een herdenken en gedenken van de kosten en de gevallen helden, maar ook de viering van de geboorte van de natie?
Het is daarom hoopvol dat 16 december, de datum waarop de slag bij Bloedrivier (tussen de Zoeloes en de Boeren) jaarlijks wordt herdacht, is omgedoopt tot 'Reconciliation Day' (Dag van Verzoening). En dat de herdenkingplechtigheid bij het Voortrekkermonument vorig jaar, een multi-cultureel feest was. Inclusief vertegenwoordigers van alle 11 taalgroepen. Wie weet wat ze dit jaar neer kunnen zetten!

Sunday, September 16, 2007

Fight for your right?


Op mijn eerste zondagavond terug in Kaapstad bracht ik een bezoek aan een baptistengemeente bij mij om de hoek. In de dienst deed een groepje verslag van hun bezoek aan Turkije. Wat bij mij vooral bleef hangen was een opmerking van een van hen, namelijk dat we in Zuid Afrika blij moeten zijn met de vrijheid die we nog hebben als christenen. Want dat zal snel veranderen.

De opmerking roept bij mij associaties op met de radicale christelijke beweging in Amerika die vecht voor het behoud van christelijke waarden, een beweging die we in een bepaald opzicht in Nederland ook kennen. Helaas is het zo dat de motivatie vaak niet zozeer het zoeken van het goede voor het land in kwestie is, als wel angst voor het verliezen van een status, angst voor eigen leven en vrijheid.
Mede daardoor krijg je van die gekke, verwrongen discussies over of er wel of geen moskee in de stad gebouwd kan worden. Of hoofddoekjes in de klas toegestaan moeten worden. Of de religieuze feestdagen van moslims wel of niet ‘gelijk gesteld’ moeten worden met de christelijke feestdagen. Of ze wel of niet mogen bidden tijdens hun werk. Discussies die in Zuid Afrika overigens niet lijken te spelen. Maar dat ter zijde.

Het doet me denken aan het verhaal van Daniël. Hij werkte in een onchristelijke samenleving en diende een heidense koning. Het was zijn opdracht om dit volk, onder wie hij leefde, te dienen en tot een zegen te zijn. Hoe? Door middel van zijn Christ-like denken. De Joden moesten de Babyloniërs dienen en zegenen in het bouwen van huizen, starten van bedrijven, enzovoort. Ze waren niet geroepen om te vechten voor joodse rechten voor de joden.

En datzelfde geldt voor christenen in Nederland anno 2007. We kunnen ons druk maken over het verdwijnen van de christelijke vanzelfsprekendheid en de leegloop van kerken, over de bouw van moskeeën en over de mogelijkheid dat we over honderd jaar een christelijk-islamitische natie zijn. We kunnen vechten voor behoud van ‘onze christelijke rechten’, maar dat is niet onze opdracht. We zijn geroepen om tot een zegen te zijn voor ons land en dat te doen door Christus te volgen in het dagelijks leven; door ons doen en DENKEN. Dan ontdekken we vanzelf dat iets als vrijheid van godsdienst in beginsel een ‘mensenrecht’ is door God bedacht en gegeven. En kunnen we (weer) laten zien dat Gods plannen voor ons land echt goed, en zijn voorschriften wijs zijn.

Wednesday, September 12, 2007

Huisje-boompje-beestje niet eenvoudig in Zuid Afrika


Als je in Nederland je inrit naar je boerderij oprijdt. Of als je je fiets achter uit het schuurtje pakt. Als je eens lekker in de tuin in de zon gaat zitten. Of als je besluit dat een leuke aanbouw bij je huis niet zou misstaan.... denk er de volgende keer dan ook eens over na dat het ‘bezitten van huis en grond’ niet zo voor de hand ligt als wij het vaak beleven.

Vandaag ben ik op bezoek bij het Church Land Program, gevestigd hier in Pietermaritzburg. Met Zonke praat ik over de landverdeling in Zuid Afrika, en dan met name ook de rol van de kerken hierin. De herverdeling van land is een enorm heikel en gevoelig onderwerp in zuidelijk Afrika. In Zuid Afrika is ruim 80 procent van het land in handen van een blanke minderheid. En het is de bedoeling dat zeker 30 procent ‘terugkeert’ in de handen van de oorspronkelijke Afrikaanse bevolking.
De deadline voor die nieuwe verdeling nadert met rasse schreden. In maart volgend jaar moet ook de resterende 26 procent van land waar claims op liggen, terug zijn bij de oorspronkelijke eigenaren. “In your dreams”, is alles wat Zonke daarvan kan zeggen.

Want het proces is traag en research vraagt veel tijd.Wie weet bijvoorbeeld nog wie begin vorige eeuw eigenaar was van het stukje land in Newlands, een voorstad van Durban? Deze eigenaren werden ten tijde van apartheid weggestuurd, omdat de overheid Newlands wilde ontwikkelen. En nu claimen deze mensen dus hun land terug.
Als eenmaal duidelijk is of de claimer inderdaad de rechtmatige eigenaar is, moet worden gekeken of het land teruggegeven kan worden. En dat kan lang niet altijd. In Newlands bijvoorbeeld staan nu huizen waar mensen in wonen. Uiteindelijk wordt de zaak dus beslist met een afkoopsom. Daarbij tekenen de oorspronkelijke eigenaren een document waarop ze aangeven dat ze afzien van de claim.

Maar niet overal verloopt het zo vriendelijk. Gisteren moest een groot deel van de N2, een snelweg bij Kaapstad, worden afgesloten vanwege rellen. Mensen woonachtig in de aangrenzende township protesteerden tegen hun gedwongen ‘tijdelijke verhuizing’ naar elders. Die verhuizing is nodig omdat de regering bezig is met een grootschalig nieuwbouwproject dat goede huizen voor de lokale bevolking moet opleveren. Begrijpelijk dat deze mensen het gesol zat zijn. Weer verhuizen? En voor wat? De overheid kan nog zo beloven dat het voor hun eigen bestwil is (immers: het vooruitzicht van goede behuizing), maar dat geloven de mensen hier al lang niet meer.

Tuesday, September 11, 2007

Gemaakt voor deze wereld


Vanmiddag stond ik bij en keek ik naar een in mijn ogen dode en dorre rivieroever. Kijk, zei natuurliefhebber en Arocha-directeur Allen, daar hebben we vorig jaar de uitheemse bomen weggehaald en er Afrikaanse bomen voor in de plaats gezet. Of tewel: Local is lekker, zoals de Zuidafrikanen graag zeggen.
En kijk, wees hij me vervolgens op een vogeltje. Het diertje was groenbruin en viel in het dorre droge gras nauwelijks op. In ieder geval niet voor mijn ongeoefend oog.
Luister, zei hij even later en onderbrak ons gesprek ervoor. “Een nieuw geluid, niet eerder hier gehoord”. En ik hoorde inderdaad het piepen van een vogeltje. Dat was me niet eerder opgevallen. De latijnse naam ben ik alweer vergeten maar in de volksmond bleek dit de ‘fruit salad bird’ te zijn.

De schepping is een feest. Een feest van geluiden, vormen, kleuren en geuren. En op de een of andere manier leef ik daar zo makkelijk aan voorbij. Als bij mijn vrienden hier in Pietermaritzburg de aapjes door de tuin rennen, kijk ik wel even vertederd op. En ja, ik ben ook wel onder de indruk van olifanten in een wildreservaat. Of van het flappen van een staart van een walvis in de blauwe baai waar mijn flat op uitkijkt. Kortom, ik ben een tevreden consument.

Maar de natuur als iets waarvoor ik ook verantwoordelijkheid draag? Dat is een heel ander verhaal. En toch... Ik ben gemaakt voor deze wereld. Met als opdracht om ervoor te zorgen.
Veel, vooral christenen, denken dat die opdracht wegviel met Eva’s ongelukkige keuze om toch van de verboden vrucht te eten. Alsof het na de zondeval nog slechts een kwestie van pappen en nathouden is. Niets is minder waar. God maakte mensen voor deze aarde, niet voor de hemel of het hiernamaals. Dat betekent dus voor mij, voor ons in het hier en nu, verantwoordelijkheid nemen. Met beide benen in de droge rode Afrikaanse grond en niet met mijn hoofd in de hemel.