Thursday, November 6, 2008
What do you see?
Last night I stumbled on this picture and it got me thinking. Look at the world leaders sitting here. Who do you see? Would I, today, want to wash their feet? The picture, for me, underlines all that we're thinking about and discussing in the three months' peace building course I'm doing here in the UK at the moment. It's all somewhere in this one simple illustration.
PS: the picture was painted by an artist called Lars Justinen and appeared in an advert campaign of a ministry in the USA. It caused a lot of reaction. :-) See also: http://gregboyd.blogspot.com/2007/11/washing-osamas-feet.html
Tuesday, September 9, 2008
Voor veel Zimbabwanen is leven óverleven geworden
Debora(*) woont met haar man en kinderen in hoofdstad Harare. Een keurig christelijk gezin behorend tot de Zimbabwaanse middenklasse met kinderen in een private school. Leven in Zimbabwe heeft hen echter iets nieuws geleerd: Smokkelen. Goud, diamanten, zelfs apparatuur voor buitenlandse filmploegen. Als het maar harde valuta oplevert om de rekeningen te kunnen blijven betalen en aan eten te komen. Het is illegaal. Maar volgens Debora is er geen alternatief.
Zimbabwe zakt verder en verder weg in de economische malaise veroorzaakt door een politiek machtspel. President Robert Mugabe en oppositieleider Morgan Tsvangirai claimen allebei de verkiezingen in juni gewonnen te hebben. Maanden van gesprekken tussen beide partijen onder leiding van Zuidafrika’s president Thabo Mbeki hebben totnogtoe niets opgelevert om de impasse te breken.
Roeien
Ondertussen wordt het leven van de gemiddelde Zimbabwaan er niet makkelijker op. Leven is over-leven geworden. Wie geen enkeltje naar een van de buurlanden kan betalen, moet roeien met de riemen die hij heeft. Geldhalen bij de bank? De pinautomaat geeft niet meer dan zo’n 25 eurocent per dag ook al bezit je miljoenen. Om een brood te kunnen kopen, moeten ze dus 6 of 7 dagen pinnen. Dat is, als de prijs in de tussentijd niet verveelvoudigd is. Want de inflatie in Zimbabwe is enorm. Karen(*), een Nederlandse die in Harare werkt, zegt: “Prijzen in de supermarkt zijn van de gekke. Een zakje chips dat vorige week 25 biljoen koste, kost vandaag 100 biljoen.” De actie van de Reservebank om de bedragen van een tiental nullen te ontdoen, maakt voor de realiteit geen verschil. Het geld is nog steeds niets waard. En de mensen nog net zo wanhopig.
John Winter, voormalig voorganger in Zimbabwe, schrijft een tweede alarmbericht: “Vandaag kwam een gezin me om hulp vragen, de broer van de vrouw van onze tuinman, met twee kleine kinderen. Hun huis was vernield en ze moeten nu buitenslapen. We hebben al 8 volwassenen en een kind om voor te zorgen, en de kosten van elektriciteit – net als die van water - gaan volgende maand met 250 procent omhoog. Hoe kan ik zorgen voor nog een gezin van vier.... en tegelijkertijd, hoe kan ik hen wegsturen om te overnachten in de open lucht?”
Pijnstillers
“Als je het ze op de man af vraagt zeggen veel mensen dat ze niet weten hoe ze overleven”, zegt Sylvester Mkandla. Sylvester, afkomstig uit Zimbabwe, woont sinds 14 jaar in Zuid-Afrika. Hij is net terug van een bezoek aan zijn familie in Bulawayo, de op een-na-grootste stad van het land. Behalve gebrek aan eten, zijn er problemen met de water- en elektricitetisvoorziening. En mensen kunnen taxi’s en bussen niet langer betalen dus lopen, vaak uren, naar hun werk en naar huis. Sylvester was thuis voor de begrafenis van zijn schoonzus. De oorzaak van haar dood is niet helemaal duidelijk, maar wel dat ze onder meer gangreen had. Het is geen ongebruikelijk verhaal in dit land waar je beter niet in een ziekenhuis terecht kunt komen. “Ziekenhuizen beschikken niet langer over de meest basale medicatie zoals pijnstillers. Vrienden die eerder dit jaar in een auto-ongeluk betrokken waren moesten naar buurland Botswana om pijnstillers te halen voor hun schoonzus die op dat moment een operatie onderging”, aldus Sylvester.
En toch, als Sylvester zijn mensen thuis spreekt, dan zijn ze op een enkele persoon na allemaal nog hoopvol: “Ze blijven geloven dat de gesprekken tussen de regeringspartij en de oppositie iets zullen opleveren. Het feit dat ze praten, is een winstpunt. Dat hadden we hiervoor nog niet. En verder: Het kan eigenlijk gewoon niet erger. Het moet dus wel beter gaan worden.”
(*) Niet hun echte namen.
(ND 090908)
Wednesday, September 3, 2008
Nationale Partij herleeft in Zuid-Afrika
Gaan oude tijden herleven in Zuid-Afrika? In de aanloop naar de verkiezingen volgend jaar heeft een groep mensen de Nationale Partij nieuw leven ingeblazen. Onder de vlag met dezelfde kleuren en dezelfde symbolen als de partij van F.W. de Klerk en diens voorgangers Botha, Verwoerd en Vorster vaart de partij echter een andere, non-raciale koers. ,,Zuid-Afrika is voor iedereen.''
Juan Duval Uys (41) is een van de initiatiefnemers. Hij ziet zichzelf al in parlement zitten, volgend jaar: ,,Ik heb mijn leven er omheen gepland, dus het zal de grootste teleurstelling in mijn leven zijn, als het niet gebeurt.'' Maar hij heeft goede hoop. ,,De steun die we krijgen is enorm. We kunnen het nauwelijks bijbenen. En veel daarvan komt van de zwarte bevolking.''
De oorspronkelijke NP, vooral bekend vanwege het creëren en opleggen van het apartheidssysteem in Zuid-Afrika, begon na de verkiezingen van 1994 een onzekere reis. Na 1997 maakte ze geen deel meer uit van de regering en veranderde ze haar naam in Nieuwe Nationale Partij - gedeeltelijk in de hoop zo afstand te kunnen nemen van haar verleden en een nieuwe start te kunnen maken. Dat lukte echter niet en na twee verkiezingsnederlagen, in 1999 en 2004, werd de partij in 2005 opgeheven. Veel aanhangers sloten zich aan bij een van de drie grote politieke partijen. Volgens Uys staan tal van hen nu te trappelen om terug te keren.
James Selse, voorzitter van een van deze grotere partijen, de Democratic Alliance (DA), lijkt niet onder de indruk. Hij neemt het NP-initiatief niet serieus nemen. ,,De kiezers zijn niet gek. Wat de partij ook zegt, ze kijken hier dwars doorheen. Dezelfde naam, dezelfde symbolen en kleuren - het is een ruwe poging een partij nieuw leven in te blazen onder de vlag van F.W. de Klerk.
Hoe minder serieus de partij genomen wordt, des te groter straks de schok, meent Uys. Volgens hem zoekt zij niet naar steun van oude leiders - of het moet, inderdaad, F.W. de Klerk zijn. De man van het uur van verzoening, de man die stond voor wat hij zei. En wat hem betreft: ,,We hebben hem bezocht en al onze plannen met hem besproken. Hij zei dat we niet wisten waar we aan begonnen, maar dat hij er geen probleem mee had.''
Lees verder: http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=120660
Monday, September 1, 2008
Kerend tij in Mozambique
Eeuwenlang was Mozambique een Portugese kolonie. Onder invloed van de Portugezen ontwikkelde de huidige hoofdstad Maputo zich tot een van de mooiste steden van Afrika, met een heel eigen mediterraans- Afrikaanse sfeer. En hoewel de tand des tijds en die van de oorlog zichtbaar aan de stad hebben geknaagd, draagt ze nog steeds iets van haar vroegere glorie.
Tandpasta
Schijnbaar onaangetast door die roerige geschiedenis vervolgen de Mozambikanen in de straten hun weg. Van A naar B. Kopend en verkopend. Achter tafeltjes met torentjes van koopwaar, op de grond wakend over twintig paar uitgestalde schoenen, of gewoon bij een doos met vijftig tubes tandpasta.
De stad ruist, bruist, leeft. Alsof ze wil illustreren dat het het land goed gaat. En volgens de statistieken en rapporten is dat ook zo. Vergeleken met acht jaar geleden leven Mozambikanen langer, sterven er minder kinderen onder de vijf jaar, zijn er minder kinderen ondervoed, overlijden minder moeders tijdens de bevalling, kunnen meer mensen lezen en schrijven en hebben meer mensen toegang tot communicatiemiddelen als telefoon en internet.
Paolo, een Mozambikaan die voor zijn werk veel door het land reist, bevestigt dat beeld. Hij vertelt dat de huidige president, Armando Guebuza, goed werk doet. Hij heeft onder meer de corruptie aan de kaak gesteld en een aantal ambtenaren, en zelfs een paar van zijn ministers, ontslagen vanwege hun mogelijke betrokkenheid bij corruptieschandalen.
Wat Guebuza ook heeft gedaan, is meer decentraliseren van macht en budgetten geven aan de districten. Mogelijk dat mede hierdoor op het eiland Idugu, voor de kust van het stadje Pebane, de laatste twee jaar ontwikkeling plaatsvindt. Toen Edith, werkend voor Jeugd met een Opdracht, dit eiland in 2005 bezocht was er niets, vertelt ze. ,,Er wonen vijftienduizend mensen, maar er was geen school, geen kliniek, geen schoon drinkwater, geen handel. Niets. De lokale overheid wist niet eens van het bestaan van deze mensen.’’ Maar nu is er een schoolgebouw, zijn er onderwijzers, is er een put voor schoon drinkwater en sinds een paar maanden ook een gezondheidspost met een verpleegkundige. Voor geen groot deel dankzij actie van de overheid.
Corruptie
Het zijn dus niet alleen cijfers. Aan de grond lijken dingen zich werkelijk ten goede te keren voor dit Afrikaanse land. Tragisch is wel dat met de groei in welvaart ook de corruptie toeneemt. In het jaarlijkse overzicht van Transparancy International steeg Mozambique op de corruptieladder van plaats 81 (2000) naar plaats 111 (2007).
Zijn de Nederlanders scherp in hun kritiek op ‘onverantwoorde uitgaven’ van prins Willem Alexander en prinses Máxima in de bouw van hun vakantiehuis, in Mozambique werkt het anders. In het bouwproject op Machangulo Peninsula, waar de Oranjes hun zomerverblijf hebben gepland, zouden ook verschillende hooggeplaatste ambtenaren en lokale ‘chiefs’ een huis toegewezen hebben gekregen. Omkoping? Of een kwestie van ‘zo doen we dat hier altijd’?
(ND 010908)
Thursday, August 28, 2008
Overleven in Zimbabwe
"Food supplies are lower than they've ever been. One morning this week in my home town, four of the five main supermarkets were simply shut - doors closed, bars up, gates padlocked: no notice, no apology, nothing. The one supermarket which has a South African franchise was open, cut the prices were completely out of reach. A 250 gram bag of salt cost 150 dollars, a small tin of jam was priced at 250 dollars. These amounts are the figures after ten zeroes were removed a fortnight ago. In real terms the salt was 1 and half trillion dollars and the small tin of jam 2 and a half trillion dollars. To put this in perspective you need to know that a junior school teacher I met this week told me she currently earns 2 trillion dollars a month (200 dollars without the zeroes). A month in the classroom for less than one small tin of jam.
I chatted with a man from a rural village and he said that the situation in the countryside had reached critical levels as people have started running out of grain from their last harvest. He said that there was no help at all coming to his village. The village Headman and the local Chief had not been given any food supplies from the government to distribute to hungry villagers. He said that the international organizations like the World Food Programme weren't coming anymore
and neither were the smaller NGO's or even the Churches. He told me that feeding programmes for pre school children had been banned by the government and even the monthly distribution of food packs to pensioners had ceased. Elderly men and women, many in charge of looking after orphaned grandchildren, had been receiving maize meal, sugar beans and cooking oil before the March elections but now they were getting nothing at all. People with HIV and AIDS in the village who had been tested and registered and who had been receiving anti-retrovirals from NGO's have also been abandoned due to the government prohibition on outside help. The man shook his head sadly as he told me about the cessation of the drugs and said: "This is a death sentence for these people; what's left for them now is only to die."
I asked him if the villagers were able to get the cheap food through the latest government "People's Shops" scheme. He said 120 villagers had been identified for the programme and 10 ere chosen each week to travel to the nearest People's Shop warehouse. It is 40 kilometre ourney, one way, but so far only the first group of 10 people had managed to buy cheap food. For the others, every week 10 people went but every week the warehouse was empty. They persisted for six weeks in a row but now, he said, they have given up going, it is wasting precious
money travelling the 80 kilometre round trip and returning empty handed.
The only hope is in the coming rainy season but with just six weeks until the planting season, rural villagers have yet to see any seed or fertilizer. "If they won't let anyone give us food or edicines, do you think we have a chance for seed or fertilizer?" the man I was talking too asked. I looked at the ground in shame and could find no words in response."
Saturday, July 26, 2008
Vergeving in een tijd van haat
Een toename van politiek geweld kenmerkte de aanloop naar de eerste vrije en democratische verkiezingen in Zuid-Afrika, in 1994. Diverse partijen wilden dat hun stem gehoord werd. Sommige waren daarin agressief en radicaal, zoals het relatief kleine Pan Afrikaans Congres met zijn eigen militaire organisatie, de APLA. Die was erop gebrand het land onbestuurbaar te maken zodat mensen voor een zwarte regering zouden kiezen. Het waren vier APLA-aanhangers die op die 25e juli, gisteren vijftien jaar geleden, een koude, natte winteravond, de St. James-kerk in Kenilworth, een voorstad van Kaapstad, binnenvielen.
Frank J. Retief was destijds voorganger van de gemeente. De huidige emeritus rector en bisschop van de Church of England in Zuid-Afrika kwam in 1968 vanuit Durban naar Kaapstad om samen met zijn vrouw hier een kerk te stichten. In 31 jaar tijd groeide het initiatief uit tot een levendige gemeente van vijfduizend leden. Er kwamen 22 kerken uit voort. ,,We maakten enorme dingen mee'', vertelt Retief. ,,Tijden waarin de Heilige Geest zo aan het werk was, dat we de hulp van andere voorgangers moesten inroepen om het werk aan te kunnen. We organiseerden kerkdiensten in volle bioscoopzalen, we gingen de krottenwijken in, mensen bekeerden zich, we wisten niet wat we aan moesten met de enorme respons. Mensen wilden naar binnen, ze braken deuren open, kropen tussen de benen van de ordedienst door; zwarten, blanken en kleurlingen.''
Dat was tijdens de apartheidsperiode. Het is volgens Retief een misverstand dat apartheid, ook de kerkgemeenschap waarvan zijn gemeente deel uitmaakte, voet aan de grond had. ,,Wat binnen de Nederduits Gereformeerde Kerken gebeurde, was niet wat je in andere kerken zag.''
Op 25 juli 1993 waren Retief en zijn gezin net terug van hun eerste vakantiereis in 25 jaar. De kinderen (14 en 18 jaar oud) wilden naar de kerkdienst 's avonds. Retief zelf had hoofdpijn en besloot thuis te blijven.
,,Er waren zo'n twaalfhonderd mensen in de kerk. Onder hen zo'n 120 Russen. Na de val van de Muur in 1989 deden Russische boten onze haven weer aan. Een echtpaar uit onze gemeente, Dawi en Marita Ackermann, begon de Russische zeelui te betrekken bij onze gemeente.''
Die avond, terwijl een jong stel op het podium stond te zingen, kwamen drie mannen met AK-47-machinegeweren en granaten de kerk binnen.
Lees verder: http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=118380
Foto: Frank J. Retief
Friday, July 18, 2008
Eenzelfde boot
Vanmorgen moest ik in in het gebouw van het departement van Binnenlandse Zaken in Kaapstad zijn. Reden: verlenging van mijn toeristenvisum voor Zuid-Afrika met nog weer eens drie maanden. Toen ik de straat inliep waar het kantoor is gevestigd, trof ik een groep mensen verspreid over de stoep aan. Ze stonden, zaten, keken voor zich uit of praatten met elkaar. Iedere dag verzamelen ze zich hier en wachten van 's morgens vroeg tot 's avonds laat in de hoop dat vandaag de dag zal zijn dat de deur voor hen opengaat en ze papieren krijgen om in Zuid Afrika te kunnen blijven.
Toen ik hen passeerde en de trappen opliep naar de ingang, keken we naar elkaar. Het ging door me heen dat we op een bepaalde manier in eenzelfde boot zitten. Alleen heeft die van mij zeilen, zodat als de wind opsteekt ik ergens heen kan. Voor de Zimbabwanen geldt dat ze compleet zijn overgeleverd aan de getijden van bureaucraten en een samenleving waar ‘vreemdelingenhaat’ diep zit. En dat ze feitelijk nergens heenkunnen.
Wordt dit weer “zo’n Afrikaverhaal”? Nee. De krant in Nederland bericht vandaag over integratievraagstukken. Migratie is van alle tijden en van alle plaatsen. Waar Europa de instroom aan ‘buiten-continentalers’ probeert te controleren, doet Zuid Afrika precies hetzelfde met de talloze mensen die hier om diverse redenen hun toevlucht zoeken. En de druk neemt toe nu vlak over de grens een crisis buitensporige proporties aanneemt en Zimbabwanen massaal hun land verlaten op zoek naar veiligere oorden.
In dezelfde krant, een pagina verder, lees ik dat de politieke crisis in België na een jaar nog niet is opgelost en hoe de Walen en de Vlamingen elkaar dwarszitten. Stammenstrijd is niet iets van Afrika alleen. Als puntje bij paaltje komt dan blijken de verschillen tussen ‘ons’ en de ‘anderen’ vaak groter en dieper dan we zelf doorhebben. Wat dat betreft is beschaving niet meer dan een dun laagje veneer. Het is zeker geen bewijs van het feit dat we er als menselijk ras op vooruit gaan. Of een garantie dat we voortaan in vrede samen zullen leven.
Al met al verschillen de Afrikaanse en Europese boten dus niet zoveel van elkaar. Of moet ik zeggen dat het de aard van de bemanning is die niet zo heel erg veschilt?