Saturday, July 26, 2008

Vergeving in een tijd van haat

Het kerkje in Kenilworth, opgetrokken uit witgepleisterde stenen, doet in niets denken aan het bloedbad van juli 1993. Dertig seconden op een regenachtige zondagavond waren genoeg om elf mensen van het leven te beroven en 55 kerkgangers te verwonden. Zuid-Afrika beleefde de geboorteweeën van een vrije samenleving. De kogelgaten in een gordijn getuigen er nog van.

Een toename van politiek geweld kenmerkte de aanloop naar de eerste vrije en democratische verkiezingen in Zuid-Afrika, in 1994. Diverse partijen wilden dat hun stem gehoord werd. Sommige waren daarin agressief en radicaal, zoals het relatief kleine Pan Afrikaans Congres met zijn eigen militaire organisatie, de APLA. Die was erop gebrand het land onbestuurbaar te maken zodat mensen voor een zwarte regering zouden kiezen. Het waren vier APLA-aanhangers die op die 25e juli, gisteren vijftien jaar geleden, een koude, natte winteravond, de St. James-kerk in Kenilworth, een voorstad van Kaapstad, binnenvielen.

Frank J. Retief was destijds voorganger van de gemeente. De huidige emeritus rector en bisschop van de Church of England in Zuid-Afrika kwam in 1968 vanuit Durban naar Kaapstad om samen met zijn vrouw hier een kerk te stichten. In 31 jaar tijd groeide het initiatief uit tot een levendige gemeente van vijfduizend leden. Er kwamen 22 kerken uit voort. ,,We maakten enorme dingen mee'', vertelt Retief. ,,Tijden waarin de Heilige Geest zo aan het werk was, dat we de hulp van andere voorgangers moesten inroepen om het werk aan te kunnen. We organiseerden kerkdiensten in volle bioscoopzalen, we gingen de krottenwijken in, mensen bekeerden zich, we wisten niet wat we aan moesten met de enorme respons. Mensen wilden naar binnen, ze braken deuren open, kropen tussen de benen van de ordedienst door; zwarten, blanken en kleurlingen.''

Dat was tijdens de apartheidsperiode. Het is volgens Retief een misverstand dat apartheid, ook de kerkgemeenschap waarvan zijn gemeente deel uitmaakte, voet aan de grond had. ,,Wat binnen de Nederduits Gereformeerde Kerken gebeurde, was niet wat je in andere kerken zag.''

Op 25 juli 1993 waren Retief en zijn gezin net terug van hun eerste vakantiereis in 25 jaar. De kinderen (14 en 18 jaar oud) wilden naar de kerkdienst 's avonds. Retief zelf had hoofdpijn en besloot thuis te blijven.

,,Er waren zo'n twaalfhonderd mensen in de kerk. Onder hen zo'n 120 Russen. Na de val van de Muur in 1989 deden Russische boten onze haven weer aan. Een echtpaar uit onze gemeente, Dawi en Marita Ackermann, begon de Russische zeelui te betrekken bij onze gemeente.''

Die avond, terwijl een jong stel op het podium stond te zingen, kwamen drie mannen met AK-47-machinegeweren en granaten de kerk binnen.

Lees verder: http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=118380

Foto: Frank J. Retief

Friday, July 18, 2008

Eenzelfde boot

Vanmorgen moest ik in in het gebouw van het departement van Binnenlandse Zaken in Kaapstad zijn. Reden: verlenging van mijn toeristenvisum voor Zuid-Afrika met nog weer eens drie maanden. Toen ik de straat inliep waar het kantoor is gevestigd, trof ik een groep mensen verspreid over de stoep aan. Ze stonden, zaten, keken voor zich uit of praatten met elkaar. Iedere dag verzamelen ze zich hier en wachten van 's morgens vroeg tot 's avonds laat in de hoop dat vandaag de dag zal zijn dat de deur voor hen opengaat en ze papieren krijgen om in Zuid Afrika te kunnen blijven.

Toen ik hen passeerde en de trappen opliep naar de ingang, keken we naar elkaar. Het ging door me heen dat we op een bepaalde manier in eenzelfde boot zitten. Alleen heeft die van mij zeilen, zodat als de wind opsteekt ik ergens heen kan. Voor de Zimbabwanen geldt dat ze compleet zijn overgeleverd aan de getijden van bureaucraten en een samenleving waar ‘vreemdelingenhaat’ diep zit. En dat ze feitelijk nergens heenkunnen.

Wordt dit weer “zo’n Afrikaverhaal”? Nee. De krant in Nederland bericht vandaag over integratievraagstukken. Migratie is van alle tijden en van alle plaatsen. Waar Europa de instroom aan ‘buiten-continentalers’ probeert te controleren, doet Zuid Afrika precies hetzelfde met de talloze mensen die hier om diverse redenen hun toevlucht zoeken. En de druk neemt toe nu vlak over de grens een crisis buitensporige proporties aanneemt en Zimbabwanen massaal hun land verlaten op zoek naar veiligere oorden.

In dezelfde krant, een pagina verder, lees ik dat de politieke crisis in België na een jaar nog niet is opgelost en hoe de Walen en de Vlamingen elkaar dwarszitten. Stammenstrijd is niet iets van Afrika alleen. Als puntje bij paaltje komt dan blijken de verschillen tussen ‘ons’ en de ‘anderen’ vaak groter en dieper dan we zelf doorhebben. Wat dat betreft is beschaving niet meer dan een dun laagje veneer. Het is zeker geen bewijs van het feit dat we er als menselijk ras op vooruit gaan. Of een garantie dat we voortaan in vrede samen zullen leven.

Al met al verschillen de Afrikaanse en Europese boten dus niet zoveel van elkaar. Of moet ik zeggen dat het de aard van de bemanning is die niet zo heel erg veschilt?

Thursday, July 3, 2008

"Tijd van knuffelen van dictators is voorbij"

De oproep van de Afrikaanse leiders aan het adres van Zimbabwe’s politieke leiders president Robert Mugabe en oppositieleider Morgan Tsvangirai om een regering van nationale eenheid te vormen, lijkt in Zuid-Afrika weinig draagvlak te hebben. Het is in ieder geval niet genoeg. Tijdens een debat in de Universiteit van Kaapstad riep voormalig aartsbisschop Desmond Tutu opnieuw op tot militaire interventie ‘om de situatie in het land te stabiliseren’.

“We willen vrede en kalmte voor Zimbabwe. We willen zien dat dit land weer op wordt gebouwd en dat de vluchtelingen die tegen hun zin in Zuid Afrika zijn, terug kunnen keren naar een veilig thuisland. We willen dat de Afrikaanse leiders opstaan, de verkiezingen ongeldig verklaren en Mugabe berispen”, aldus Tutu.

Zijn oproep vond een echo in uitspraken van sociaal activiste Mamphela Ramphele die sprak over de cultuur van onschendbaarheid die in Afrika lijkt te regeren: “We moeten tot de eerlijke conclusie komen dat overheidsbeleid in postkoloniaal Afrika heeft gefaald. We hebben niet begrepen hoe goed te regeren, namelijk door het delegeren van leiderschap en verantwoordelijkheid waardoor er een klimaat ontstaat waarin iedereen zijn beste bijdrage kan leveren. In plaats daarvan zien we leiders, despoten, opstaan die vrij zijn van vervolging: Mobutu, Idi Amin, Charles Taylor en nu ‘Oom Bob’.”

De vraag waarom Afrikaanse leiders zo tolerant zijn ten opzichte van elkaar is moeilijk te beantwoorden, zei ze. “Maar het heeft te maken met Afrika’s ontkenning van de geesten uit het verleden; van voor, tijdens en na de tijd van kolonialisatie. Van racisme, sexisme, chauvenisme, zelf-haat. Het vraagt om meer exorcisme dan we hebben laten zien. Het heeft ervoor gezorgd dat we overgevoelig zijn voor kritiek.”

‘Moeder Engeland’

Het debat vond plaats op een significante plek. De Universiteit van Kaapstad is namelijk gevestigd op een steenworp afstand van ‘Rhodes Memorial’, een monument opgericht ter ere van Cecil John Rhodes (1853 – 1902). Rhodes, zakenman en politicus, was een fervent voorstander van kolonialisatie. Hij stond aan de wieg van het huidige Zimbabwe (voormalig Zuid Rhodesië) en heeft hier in meer dan een opzicht zijn sporen nagelaten.
En hoewel de huidige president Robert Mugabe geen kans voorbij laat gaan om zijn afschuw van de ‘Britse imperialisten’ te uiten, is Heidi Holland van mening dat het juist de Britten zijn die nu nog iets uit kunnen richten.

Holland, schrijfster van het autobiografiche boek “Dinner with Mugabe”, beschrijft Mugabe als iemand die de Britten haat, maar onderhuids een liefde heeft voor ‘Moeder Engeland’. Maar ook als een emotioneel onvolwassen persoon die compleet is afgesneden van zijn gevoelens. Zijn typisch antwoord op iedere vorm van vernedering is ‘wraak’. “Mugabe heeft heel duidelijk gemaakt dat hij een probleem met Engeland heeft. Niet met de VS, niet met de UN. Hij is geobsedeerd door de Britten. Daarom zijn het de Britten die met Mugabe moeten gaan praten. En dat gaat misschien tegen alle gevoel in, maar Mugabe is een monster en we moeten in deze situatie pragmatisch zijn en alles proberen wat we kunnen om hem te stoppen. Benader hem als iemand die ze ooit respecteerden en je vindt mogelijk een ingang naar dialoog”, aldus Holland.

Wraak

Ondertussen zouden Afrika en de internationale gemeenschap de ogen open moeten houden voor vooral ontwikkelingen op het platteland in Zimbabwe: “Mugabe weet nu dat de Zimbabwanen hem niet meer willen en hij zal wraak willen nemen. Een herhaling van de Gukurahundi, de massamoord die plaatsvond in Matabeleland in de jaren ’80, is niet ondenkbaar.”

Medeoprichter van het Economic Justice Initiative-instituut Wilmot James gaf aan dat economische sancties niets zullen oplossen “in een land wat economisch gezien al niets meer te verliezen heeft”. Hij pleitte voor politieke sancties, militaire interventie en verder “iemand die tegen Mugabe zegt: ‘Het spel is afgelopen’.” En voor de Zuidafrikaanse regering die nog steeds voor de ‘stille diplomatie’ kiest, had James ook een boodschap: “De tijd van het omhelzen en knuffelen van dictators is voorbij. Stop ermee!”

(ND 03072008)